Emile Wambach - Andante appassionata pour cello et piano
(Arlon, 26 November 1854 – Antwerp, 6 May 1924)
(1917)
Emile Wambach spent the First World War in exile with his family, first in the Netherlands and later in England, interrupted by a stay in France in 1918. The fact that he left the Royal Flemish Conservatoire in Antwerp, of which he had been the director since 1912, in the hands of temporary substitutes attracted a lot of criticism from the home front. His defenders pointed out that during his wartime exile Wambach did prove himself useful by participating as a violinist, pianist, organist and composer in numerous patriotic events and charity concerts for Belgian war victims, often in collaboration with other prominent Belgian cultural and political figures in exile. For those occasions he composed a series of songs and choral works that together form a musical war chronicle, as it were.
This Andante appassionata for cello and piano, which he completed in London on 27 January 1917, dates from that period. Here Wambach shows his most lyrical side with a passionate cantilena in the cello. He dedicated the work to ‘Monsieur E.F. Upward, affectueux souvenir’. It is not clear who is behind this dedication. Is it E.F. Upward who translated French verses by Charles d’Orléans and Pierre Corneille into English for the 1911 edition of two songs by Louis Nicole, published by the London publisher Stainer & Bell? Or is it Edward Finnimore Upward who, after a career as a headmaster, settled in London as a lawyer until his death in 1932? The data are lacking to identify the E.F. Upward of whom Wambach had such a fond memory.
The work was recorded on CD by cellist Beatrijs Schilders and pianist Urbain Boodts (Belgian composers of the Antwerp Conservatory, René Gailly CD87135, 1997 – duration 4’48”).
Jan Dewilde
(translation: Jasmien Dewilde)
The autograph manuscript of the score is housed in the library of the Antwerp Royal Conservatoire (KVC SC 37.363/1-2) and was edited by Stijn Saveniers. This publication was created in collaboration with the Centre for the Study of Flemish Music (www.svm.be).
Emile Wambach - Andante appassionata pour cello et piano
(Aarlen, 26. November 1854 – Antwerpen, 6. Mai 1924)
(1917)
Emile Wambach verbrachte den Ersten Weltkrieg gemeinsam mit seiner Familie im Exil, zuerst in den Niederlanden und später in England, im Jahr 1918 unterbrochen durch einen Aufenthalt in Frankreich. Die Tatsache, dass er das Königlich Flämische Konservatorium in Antwerpen, das er seit 1912 als Direktor leitete, zeitweise in die Hände von Stellvertretern legte, brachte ihm in der Heimat viel Kritik ein. Seine Verteidiger wiesen darauf hin, dass sich Wambach während seines kriegsbedingten Exils dennoch nützlich machte, indem er als Geiger, Pianist, Organist und Komponist an zahlreichen patriotischen Veranstaltungen und Wohltätigkeitskonzerten für belgische Kriegsopfer teilnahm, oftmals in Zusammenarbeit mit anderen belgischen kulturellen und politischen Persönlichkeiten im Exil. Für diese Anlässe komponierte er eine Reihe von Liedern und Chorwerken, die zusammen gewissermaßen eine musikalische Kriegschronik bilden.
Dieses Andante appassionata für Cello und Klavier, das er am 27. Januar 1917 in London vollendete, stammt aus dieser Periode. Mit einer leidenschaftlichen Kantilene im Cello zeigt sich Wambach hier von seiner lyrischsten Seite. Er widmete das Werk «Monsieur E.F. Upward, affectueux souvenir». Es ist nicht klar, wer sich hinter dieser Widmung verbirgt. Ist es E.F. Upward, der für die 1911 vom Londoner Verlag Stainer & Bell herausgegebene Ausgabe von zwei Liedern von Louis Nicole französische Verse von Charles d‘Orléans und Pierre Corneille ins Englische übersetzt hatte? Oder ist es Edward Finnimore Upward, der sich nach seiner Karriere als Schuldirektor bis zu seinem Tod im Jahr 1932 als Anwalt in London aufhielt? Es fehlen die Daten, um den E.F. Upward zu identifizieren, an den Wambach diese kostbare Erinnerung hegte.
Das Werk wurde von der Cellistin Beatrijs Schilders und dem Pianisten Urbain Boodts auf CD aufgenommen (Belgian composers of the Antwerp Conservatory, René Gailly CD87135, 1997 – Spielzeit 4’48”).
Jan Dewilde
(Übersetzung: Eva-Maria Kintzel)
Das autografische Manuskript der Partitur wird in der Bibliothek des Antwerpener Konservatoriums aufbewahrt (KVC SC 37.363/1-2) und wurde von Stijn Saveniers herausgegeben. Diese Ausgabe wurde in Zusammenarbeit mit dem Studiecentrum voor Vlaamse Muziek (www.svm.be) erstellt.
---------------- FLEMISH -----------------
Emile Wambach - Andante appassionata pour cello et piano (1917)
(Aarlen, 26 november 1854 – Antwerpen, 6 mei 1924)
Emile Wambach bracht samen met zijn familie de Eerste Wereldoorlog in ballingschap door, eerst in Nederland en later in Engeland, in 1918 onderbroken door een verblijf in Frankrijk. Dat hij het Koninklijk Vlaams Conservatorium in Antwerpen, dat hij sinds 1912 als directeur leidde, in handen van tijdelijke vervangers achterliet, kwam hem op het thuisfront op veel kritiek te staan. Zijn verdedigers wezen erop dat Wambach zich tijdens zijn oorlogsballingschap wel verdienstelijk maakte door als violist, pianist, organist en componist mee te werken aan tal van patriottische evenementen en liefdadigheidsconcerten ten voordele van Belgische oorlogsslachtoffers, vaak in samenwerking met andere Belgische culturele en politieke prominenten in ballingschap. Voor die gelegenheden componeerde hij een serie liederen en koorwerken die samen als het ware een muzikale oorlogskroniek vormen.
Deze Andante appassionata voor cello en piano, die hij op 27 januari 1917 in Londen voltooide, stamt uit die periode. Wambach toont zich hier met een hartstochtelijke cantilene in de cello van zijn meest lyrische kant. Hij droeg het werk op aan ‘Monsieur E.F. Upward, affectueux souvenir.’ Het is niet duidelijk wie er achter deze opdracht schuil gaat. Is het E.F. Upward die Franse verzen van Charles d’Orléans en Pierre Corneille naar het Engels vertaalde voor de uitgave van twee liederen van Louis Nicole door de Londense uitgeverij Stainer & Bell in 1911? Of gaat het om Edward Finnimore Upward die, na een carrière als schooldirecteur, zich als jurist in Londen vestigde, tot zijn dood in 1932? De gegevens ontbreken om de E.F. Upward te identificeren aan wie Wambach een dierbare herinnering had.
Het werk werd op cd gezet door celliste Beatrijs Schilders en pianist Urbain Boodts (Belgian composers of the Antwerp Conservatory, René Gailly CD87135, 1997 – duurtijd 4’48”).
Jan Dewilde
Het autografisch manuscript van de partituur wordt bewaard in de bibliotheek van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen (KVC SC 37.363/1-2) en werd geëditeerd door Stijn Saveniers. Deze uitgave werd gerealiseerd in samenwerking met het Studiecentrum voor Vlaamse Muziek (www.svm.be).